vrijdag 17 mei 2013


Herdenken

Het zit me dwars. Het zit me dwars dat de burgemeester uit Vorden aangeklaagd dreigt te worden voor het ontkennen van de Holocaust. Alleen maar omdat ze in Vorden eens anders wilden herdenken dan we altijd al deden. Alle doden herdenken.

Deze burgemeester aanklagen voor het ontkennen van de Holocaust. Het voelt niet goed. Het slaat nergens op. Als iets niet goed voelt bij mij, dan klopt het ook ergens niet blijkt later vrijwel altijd. Maar dit is wel een lastige.

Ik vind de dodenherdenking op de Dam altijd emotioneel. De last post, twee minuten intense stilte, de veteranen van toen die er nog steeds bij zijn. Ik ben maar van 15 jaar na de Tweede Wereldoorlog. Zeg nou zelf, wat is 15 jaar. Maar daarom ben ik er misschien wel meer mee bezig, elk jaar begin mei.

Mijn ouders en grootouders hebben de oorlog destijds heel bewust mee gemaakt. Daarom ben ik er misschien ook nog wel steeds mee bezig. Mijn grootouders hebben in mijn herinnering nagenoeg niets verteld over de oorlog. Mijn ouders gelukkig wel en vooral mijn moeder des te meer.

Op onze boerderij zaten onderduikers. O.a. Karel, een vervolgde Armeen. Op een andere boerderij in de familie van één van mijn oma’s zaten ook onderduikers. Vooral ook Joden heb ik ooit begrepen. Soms was het erg spannend, toen de Duitsers mijn opa dreigden op te halen. Maar hij was niet thuis.

Mijn oma bonjourde de Duitsers het erf af en gaf ze op niet mis te verstane wijze te verstaan dat ze niet moesten denken dat mijn opa met hen mee zou gaan. Hij hoorde thuis op de boerderij. Onder het hooi op de zolder in de schuur lag Karel al klaar. Met twee handgranaten. Hij had het gedaan.

Dat liep toen goed af, en de oorlog voor mijn familie en de onderduikers ook. Toen ik een tiener was heb ik Karel en zijn gezin nog wel eens ontmoet. Bij ons op de boerderij. Hij noemde opa en oma zijn vader en moeder en mijn vader zijn broer. Ik zag aan mijn ouders wat dit nog steeds met hen deed.

Mijn ouders hebben ons geleerd te vergeven en dat oorlog iets verschrikkelijks was. Iets dat nooit meer terug moest komen. Er was toen zoveel verdriet. Ons huis stond altijd letterlijk open voor iedereen. Voor Armenen, Joden, blank, bruin, katholiek, protestant, atheïst. Verdraagzaam dus.

Duitsers bleven wel Moffen voor mijn moeder. Ze kon dat woord ook zo fel uitspreken. Maar toen De Muur viel zaten we beiden aan de buis gekluisterd. Allebei kippenvel. Zou de vrede binnen Europa dan eindelijk tot stand komen, vroeg zij zich af. Nooit meer oorlog in Europa?

Zelf was ik anderhalf jaar geleden in Nordhausen. Bij kamp Dora. In de tunnels werden de V1 en V2 in elkaar gezet. Op de mooiste dag in september zat ik daar in het lange gras tussen bloeiende veldbloemen. Zo mooi, zo sereen en daarom zo onwerkelijk omdat daar zoveel verdriet was.

Daarom sta ik elk jaar nog stil op 4 mei om doden te herdenken. Mensen die stierven voor vrijheid van anderen, die stierven omdat anderen hen het leven niet gunden. Er waren ook Duitsers die de oorlog ook nooit gewenst hadden. In het verkeerde land leefden, op het verkeerde moment.

Dus als iemand alle doden wil herdenken van een oorlog moet ieder voor zich dat weten. Want daar vochten ze destijds voor. Vrijheid van denken en doen. Het is goed als je er nu anders naar wil kijken en het een andere Dodenherdenking wil laten zijn. Het past wel in de veranderende tijdgeest.

Of mijn moeder het er ook mee eens zou zijn in Vorden. Ze had een groot hart, maar of ze dat vergeven kon of wilde. Denk nog niet. Ze zou het wel respecteren. En al helemaal een burgemeester niet beschuldigen van het ontkennen van de Holocaust. Dat had ze absurd gevonden.

In de commentaren van de afgelopen weken in kranten viel mij een opmerking op. Die pakte me ook direct en bleef hangen in mijn hoofd. Een man schreef: ‘Op 4 mei herdenk ik niet alleen de Joden, ik herdenk alle doden die in ons land vielen. En dat bepaal ik zelf wel.’

Ik was diep geraakt door de toespraak van oud-generaal van Uhm. Hoe kwetsbaar durf je te zijn. Hoe duidelijk ook. Het kan toch niet anders dat wat in Vorden met een burgemeester gebeurd ook bij hem niet goed voelt. En niet alleen omdat die burgemeester eens iets anders voorstelde.

De laatste woorden uit zijn toespraak van 2 weken geleden:

Ik hoop dat de nagedachtenis en saamhorigheid van 4 mei ons helpt om in tijden van ‘ik’, het
‘wij’ terug te vinden.
Want niet vanuit het ‘ik’ en het ‘zij’, maar vanuit het ‘wij’, ontstaan de goede dingen.
Dat heeft de geschiedenis ons geleerd.
Dat moeten wij blijven herdenken.
Dat moeten wij blijven afspreken.
Met onszelf.
En met elkaar

Dit geldt voor ons allemaal. ALLEMAAL!

dinsdag 7 mei 2013

AFC en andere 'clubs van stand'.


Het tussen haakjes plaatsen van ‘clubs van stand’ is niet denigrerend bedoeld. Beslist niet zelfs. Ik vind het leuk om van een club te vernemen of te weten welke historie zij hebben. Zeker als je dan bij zo’n club op bezoek komt die daar ook nog zichtbare uiting aan geeft. Of als je het internet afschuimt naar informatie over de te bezoeken club, en je stuit dan op een prachtig historisch verleden.

Dat is dus het voordeel als je met Jorn mee op tour mag elk seizoen. Je komt bij allerlei clubs over de vloer. Van kleine dorpsclubs en BVO’s tot de voormalige clubs van stand die vroeger zelfs een ballotagecommissie bezaten. Omdat niet iedereen natuurlijk zomaar aan de wonderschone voetbalsport kon mee doen en zeker niet bij zulke clubs van stand. Als kleine jongen interesseerde geschiedenis in de ruimste zin des woord mij al enorm. Ook als het over voetbal ging. Mijn opa van moeders kant kon soms zo mooi vertellen over dit soort clubs en welke geweldige voetballers daar wel waren groot gebracht. Het was altijd feest als hij me als klein jongetje op zaterdagmiddag op kwam halen. Mee naar het veld, naar mijn ooms kijken.

Het begon 5 jaar geleden, toen Jorn, via bemiddeling van een collega uit Zoetermeer, mocht fluiten bij VUC in Den Haag. Hij was daar als beginnend scheidsrechter actief op het toernooi voor C-junioren. Ik genoot al voor wij er waren. Want inderdaad heeft VUC historie. Voorwaarts Utile-Dulci Combinatie, zoals de clubnaam voluit geschreven wordt, opgericht in 1909, straalt dat in alles uit. Het nuttige met het aangename verenigen, is de betekenis. Dat doet deze club nog steeds elk weekend. Naast voetbal wordt er ook cricketafdeling opgericht in 1928. Om het echt af te maken voor de liefhebber, VUC heeft nog steeds een prachtige authentieke houten tribune. Huis ten Bosch, het woonpaleis van onze voormalige vorstin, ligt op een steenworp afstand. In alles op stand dus. VUC was de eerste oude club die ik van mijn denkbeeldige lijstje mocht afstrepen.

De volgende club met historie waar wij kwamen was Robur et Velocitas uit Apeldoorn. Vrij vertaald betekent het; sterk en snel, kracht en snelheid. Opgericht in 1882. Ook ooit begonnen als cricketclub en de op twee na oudste club van Nederland. Een club waar je als jongeling destijds niet zo maar binnen kwam. De ballotagecommissie legde jou als mogelijk nieuw lid, en jouw ouders, langs de lat. Was jouw nest voldoende van een zekere aanzien en eerbaarheid geweest om op het gras van deze club de edele voetbalsport te mogen beoefenen. Je had destijds beslist meer kans als je vader tot de notabelen of hoeders van de stad behoorde, dan als jouw vader een eenvoudig handwerksman of dagloner was. In die laatste gevallen kon je het eigenlijk wel vergeten. Een club met Koninklijke leden in het verleden, woonachtig op het kroondomein het Loo in Apeldoorn. Nog steeds een club die met trots haar naam draagt.

Ook kwamen wij bij een andere beroemde Apeldoornse club op bezoek. Deze club bestaat dit jaar precies 100 jaar. Ze werd opgericht in 1913, om precies te zijn op 25 februari. Eerst heette de club voluit; Apeldoornse Geheel Onthouders Voetbal Vereniging. De leden waren lid van de ‘Blauwe knoop’ en dus werd er voor een blauw shirt gekozen. In 1921 werd deze afkorting verandert in Alleen Gezamenlijk Oefenen Voert Verder. Of er pas vanaf dat moment alcoholische dranken geschonken werden, verteld de literatuur niet. Ook deze club heeft nog een prachtige authentieke houten tribune staan langs het hoofdveld. Het sportterrein zelf ligt prachtig verscholen in de bossen en heeft de toepasselijke naam ‘Berg en Bos’. Het heuvelachtige terrein zal de bergen verklaren. Een club waar wij graag komen. Vriendelijke mensen die je helpen en een jeugdtrainer die zijn teamspelers meer bijbrengt dan alleen voetbal. Ook normen en waarden. Nog steeds een voorbeeldige club met een prachtige oprichtingsnaam.

Dit voorjaar werd in Leiden de voetbalclub UVS aangedaan. Op internet had ik al gezien dat ook deze club van historie doordrenkt was. Bij aankomst viel de, enigszins in verval geraakte, stadionopzet op. Verhoogde borders langs het veld, zoals bij meer oude clubs te zien is. Vroeger was er vrijwel niets anders dan voetbal in het weekend en dat trok duizenden liefhebbers naar de velden. Op dat veld werd die middag niet gespeeld. Ik stond alleen op die oude stenen border langs het veld. Even met mijn ogen dicht en in mijn gedachten zag en hoorde ik duizenden mensen om mij heen. Kippenvel dus. UVS werd opgericht op 1 april 1914 als ‘Achilles en in 1915 verandert de naam in ‘Uit Vriendschap Saâm’. Dus ook al bijna een eeuweling  De club heeft naast de kantine een prachtige historiekamer ingericht. Met zorg samengesteld. Als liefhebber vergeet je daar de tijd en moet je oppassen dat je een groot deel van de wedstrijd daar door niet mist. Een genot om te vertoeven, ook al was het een erg koude en natte dag. De warmte van de oude glorie vergoedde veel.

Afgelopen zaterdag mocht ik een andere wens van mijn lijstje afstrepen. AFC uit Amsterdam. De Amsterdamsche Football Club, staat er in grote trotse letters op het ruim 50 jaar oude clubgebouw. Midden tussen de wanna-be-skyscrapers op de Zuidas langs de A10. Opgericht in 1895. Een club met niet alleen een grote historie, maar ook een club van beroemde leden, al dan niet met een roemrucht voetbalverleden. Aan de auto’s op de oprit zou je het al kunnen aflezen. Weinig Japanners, maar degelijke Duitse automobielen, waarvan sommige wel erg sportief uitgevoerd. Naast de trap naar de ingang hangt een heus klein carillon, dat elk half uur de bezoekers attendeert op het voortschrijden van de tijd. Boven aan de trap naar het clubgebouw hing een bord met het opschrift: 'Het sieraad van een huis zijn de vrienden die er verkeren'. Geldt dat niet voor ons allemaal en overal?! Ook deze club ademt in alles historie. Prachtig om te mogen vernemen als je daar rond loopt en het verleden tot je neemt dat in mooie vitrinekasten voor jou wordt uitgestald. Op bezoek op een dag dat de vlag aan het einde van het voetpad al halfstok hangt. Om spelers en bezoekers te laten weten welke bijzondere dag het zaterdag was. Die oorlog trok ook destijds diepe sporen in deze club. Het contrast met dit verleden en de dag zelf was misschien wel groot. Zaterdag was het één van de mooiste dagen van het jaar tot nu toe. De zon scheen, spelers en bezoekers genoten in een heerlijk zonnetje van ‘het edele voetbalspel’.

Ik, ik heb genoten bij al deze historische clubs. En zal altijd met veel plezier aan deze ‘clubs van stand’ terug denken. Ik ben toch bevoorrecht dat ik zo naar sport en talenten mag kijken, en daar enorm van mag genieten?! Toch? Heerlijk!